Supply Chain Management

Blog: De supply chain en de politiek

Ik had me voorgenomen om elke week een stukje te schrijven over de huidige crisis, en de manier waarop de crisis de logistiek raakt en blijft raken in de toekomst. Maar er zijn meer mensen die stukjes schrijven – ik kreeg onlangs een documentje in handen met vier pagina’s links naar dit soort stukjes. Wat voeg je daar nog aan toe?

Soms helpt het toeval een handje. Bij het beluisteren van een van mijn favoriete podcasts “Talking Politics” met professor David Runcimen and professor Helen Thomson van de universiteit van Cambridge in het VK, werd ik getriggerd door een opmerking van een van hun gasten. Hun collega en econoom prof. Diane Coyle sprak over de lange termijneffecten van Corona, en zei het volgende: we weten al een tijdje dat internationale supply chains gevoelig zijn voor schokken. De kennis hierover is bij een beperkte groep experts echt wel aanwezig. Bij politici en bestuurders, daarentegen, lijkt dit helemaal niet breed bekend te zijn. De beschikbare kennis over supply chains en hun kwetsbaarheden wordt dus grotendeels genegeerd bij het maken van beleid.

Dit strookt helemaal met de zorg die ik heb voor het Nederlandse bedrijfsleven in deze tijd. Het probleem is niet dat we niet in staat zijn om allerlei plannen en oplossingen te verzinnen, maar wel dat daarbij ook een vrij diep begrip van ketens en netwerken belangrijk is om tot de juiste initiatieven te komen. En dat begrip is er bij veel ambtenaren, politici, bestuurders niet voldoende.

Dit is zichtbaar in de grotendeels sectorale aanpak die we nu volgen voor het weer aan de gang krijgen van onze economie. Maar een gebrek aan begrip van ketens en netwerken staat ook de lange termijn-ontwikkeling naar de circulaire economie in de weg.

Naast intelligente sectorale plannen zou er wat mij betreft ook kwetsbaarheidsbeleid moeten komen, zoals we (een beetje) beleid hebben voor crises en noodsituaties. Er moet beleid komen op het vlak van industriestructuur, dat een tegenhanger wordt van exportbevordering en bedrijfsacquisitie. Daarvoor is begrip van ketens, en van besluitvormingsprocessen bij bedrijven voor het inrichten van hun supply chains relevant voor beleidsmakers.

Een interessant voorbeeld van een aanzet tot dergelijk beleid is Japan, dat een paar miljard dollar heeft vrijgemaakt om Japanse bedrijven te helpen productieprocessen uit China terug te halen (zie Forbes Magazine 9 april 2020). Dat dit proces in feite al aan de gang is voor veel Amerikaanse bedrijven, blijkt uit de Kearney Reshoring Index, die laat zien dat bedrijven al een paar jaar aan het diversificeren zijn in Azië. Productieprocessen verschuiven vooral naar Vietnam. De handelsoorlog tussen de VS en China was hier instrumenteel in. Wat Japan wil gaat verder: zij willen dat die productieprocessen terugkomen naar Japan. Dat kost geld, en vereist betrokkenheid van de overheid, bijvoorbeeld om de exportinfrastructuur, zoals zeehavens, in Japan te verbeteren.

We hebben in Europa ook nog een andere uitdaging die supply chain re-engineering vereist, en dat is Brexit (weet u nog?). Door de open markt zijn supply chains van bepaalde industrieën zo verspreid geraakt over de EU-lidstaten, dat de ontvlechting tussen het VK en het vaste land nog een hele klus wordt. De kennis die je daarvoor nodig hebt is echter grotendeels dezelfde als voor het nieuwe post-Coronabeleid dat ik hierboven schetste.

Ik denk dat de Nederlandse overheid, en in het bijzonder het Ministerie van Economische Zaken snel een “industriestructuur en supply chain task force” moet inrichten. Deze task force moet zich gaan beraden op beleidsaanknopingspunten voor het toekomstgerichter maken van supply chains van Nederlandse bedrijven, en zou ook snel een lijntje uit moeten gooien naar vergelijkbare initiatieven in andere Europese landen, en in de EU. Als we dat nu goed doen, hoeft bij de volgende pandemie een belangrijk deel van de economie niet stil te vallen.

Geef de eerste reactie