Harmonie tussen mens en machine
Nu de logistieke sector in hoog tempo verandert, blijft professor René de Koster, hoogleraar Logistiek en Operations Management aan de Rotterdam School of Management van de Erasmus Universiteit, een invloedrijke stem. Met decennia aan onderzoek en een scherpe blik op de toekomst, biedt hij een genuanceerd perspectief op de uitdagingen en kansen in de wereld van transport en logistiek. “Hoe kunnen mens en machine optimaal samenwerken?”
Automatisering en robotisering in distributiecentra hebben de logistieke sector de afgelopen jaren fundamenteel veranderd. Professor De Koster, die al jaren het gezicht is van warehousing-onderzoek in Nederland en daarbuiten, benadrukt de snelheid waarmee deze ontwikkelingen plaatsvinden. “De inzet van automatisering en robotica in distributiecentra is in een stroomversnelling gekomen,” legt hij uit. “Wat je nu ziet, is dat magazijnen steeds vaker rondom nieuwe technologieën worden gebouwd, wat leidt tot oplossingen die in hoge mate schaalbaar zijn.”
De technologische vooruitgang biedt talloze mogelijkheden, maar roept ook belangrijke vragen op. De Koster richt zich in zijn onderzoek met name op de balans tussen technologie en menselijke arbeid. “Hoe is de werkverdeling tussen mens en robot, en blijft er nog wel een interessante baan over voor de mens?” vraagt hij zich af. In een sector waar het tekort aan arbeidskrachten en de noodzaak voor 24/7 operaties steeds meer de norm wordt, is deze vraag relevanter dan ooit.
Want hoewel automatisering vaak wordt gezien als het antwoord op de toenemende complexiteit en het tekort aan arbeidskrachten in magazijnen, waarschuwt De Koster voor een te eenzijdige focus op technologie. “Voor de komende tien tot vijftien jaar zie ik niet dat robots volledig de mens zullen vervangen,” stelt hij. “De kosten zijn simpelweg te hoog, en er is altijd behoefte aan menselijke flexibiliteit en besluitvorming in magazijnen.”.
Samenwerking
De Koster benadrukt dat de sleutel tot succes in de logistieke sector ligt in de samenwerking tussen mens en machine. Zijn onderzoek heeft aangetoond dat het optimaliseren van deze samenwerking leidt tot betere resultaten, zowel in termen van efficiëntie als werktevredenheid. “Door medewerkers de mogelijkheid te geven om te kiezen welke taken ze uitvoeren, zie je een significante toename in tevredenheid, en vaak ook in productiviteit.”
Zijn inzichten zijn waardevol in een tijd waarin bedrijven vaak gedwongen worden te kiezen tussen volledige automatisering en het behoud van menselijke arbeid. De Koster pleit voor een middenweg waarin technologie de menselijke arbeid aanvult en versterkt, in plaats van deze volledig te vervangen. “Het gaat er niet alleen om dat we robots inzetten, maar om hoe we mens en machine in harmonie kunnen laten samenwerken. Daar ligt de echte uitdaging voor de toekomst van logistiek.”
Onderzoek
De Koster’s wetenschappelijke benadering van magazijnbeheer en logistiek heeft geleid tot meerdere concrete toepassingen in de praktijk. Hij richt zich onder andere op de optimalisatie van pick-activiteiten en het verbeteren van werkomstandigheden voor medewerkers in magazijnen, onder andere door geautomatiseerde opslagsystemen en de inzet van AGV’s (Automated Guided Vehicles). “Mijn vakgroep onderzoekt hoe geautomatiseerde systemen optimaal ingezet kunnen worden, waarbij zowel de opslagstrategieën als de rol van de mens worden geanalyseerd,” zegt hij daarover.
Een voorbeeld hiervan is zijn onderzoek naar de strategische plaatsing van producten in magazijnen, bijvoorbeeld door producten zo te plaatsen dat medewerkers minder hoeven te bukken of rekken. “Het hoogste comfort kun je krijgen als je bepaalde producten op andere plekken legt, wat niet alleen de productiviteit verhoogt, maar ook de tevredenheid van medewerkers.”
Daarnaast heeft De Koster bijgedragen aan de ontwikkeling van methoden om de rotatie van dokdeuren in magazijnen te optimaliseren. Dit project, dat onder andere werd toegepast bij Albert Heijn, leidde tot aanzienlijke operationele verbeteringen. “We hebben een methode ontwikkeld waarbij ze de rotatie van die dokdeuren kunnen opschroeven, wat betekent dat ze minder snel hoeven uit te breiden. Dat was een mooi resultaat.”
Missie
De Koster’s betrokkenheid bij de logistieke sector gaat verder dan alleen wetenschappelijk onderzoek; het is een missie om kennis te verspreiden en de sector te verbeteren. “Ik zag al vroeg hoe belangrijk het was en hoeveel er nog te doen was in het vakgebied,” zegt hij. “Ik heb toen bedacht wat de belangrijkste dingen waren die moesten gebeuren, en die heb ik vervolgens allemaal gedaan.”
Aan het begin van zijn carrière was het onderwerp ‘warehousing’ enigszins geïsoleerd binnen de academische wereld. “Ik was lange tijd een van de weinigen in Nederland die het vak aan universiteiten doceerde,” blikt hij terug.
Logistiek, en met name warehousing, kreeg destijds weinig aandacht op Nederlandse universiteiten. “Warehousing is een onderwerp waar Nederlandse universiteiten nog steeds bijna geen aandacht aan geven,” meent hij. Ondanks de strategische rol die Nederland speelt als logistiek knooppunt in Europa, bleef het academische onderzoek naar deze discipline beperkt. De Koster betreurt dit, aangezien hij van mening is dat het vakgebied essentiële inzichten biedt voor de economische en operationele structuren van het land.
“Dat vind ik jammer. Het is een belangrijk vakgebied, maar ik kan er weinig aan doen behalve mijn kennis doorgeven en hopen dat mijn studenten het stokje overnemen. Mijn drijfveer is altijd geweest om het vakgebied verder te ontwikkelen, omdat ik inzag hoe belangrijk het is en hoeveel er nog te ontdekken valt.”
Bron: Warehouse & Logistiek