ICT & Informatievoorziening

San Francisco: Google

De mystiek van Google: het is allemaal waar. De Google Campus is een kleine stad waar 50.000 mensen werken. Maar het zou ook een vakantiepark kunnen zijn. Er is een zwembad, een gym, heel veel restaurantjes, pleintjes met food trucks, en een zandbak om volleybal te spelen. Medewerkers mogen 20% van hun tijd aan eigen ideeën besteden, en de grap daarbij is om dat samen te doen met anderen. Dan kan je grote dingen doen, en bijdragen aan de toekomst van Google. Er is geen budget, geen focus op kostenbesparing en als iets mislukt krijg je een bonus. Tenminste, als je kunt uitleggen waarom het is mislukt.

Wij kwamen bij Google om te praten over Google Maps en Waze, dat onlangs door Google is gekocht. Google Maps kent iedereen wel. Het product is nu zo volwassen, dat het inmiddels een schat aan interessante data oplevert die gebruikt kan worden in steden in de wereld, om bijvoorbeeld het verkeersmanagement mee te verbeteren. In Europa zijn dat Stockholm, waar de doorstroming in een tunnel een probleem is, Kopenhagen, waar men de fiets wil stimuleren door een fiets-groene golf te maken, en Amsterdam waar de dosering van en naar snelwegen gecoördineerd kan worden.

De betrokkenheid van Google bij dit soort projecten is gratis. Google bepaalt zelf wat ze interessant vinden om aan te werken en wat niet, want het gaat hun om publiek naar de website en de apps te trekken en gebruik van Android telefoons te stimuleren. Wat dit voor consequentie heeft zagen we in de discussie met de mensen van Waze.

Waze is een mobiliteitsapp, die gevoed wordt door de gebruikers zelf. Het is dus veel meer een community product dan bijvoorbeeld Google Maps. Waze is ook actief op zoek naar toepassingen in stedelijke omgevingen, omdat daar communities makkelijker ontstaan. In de Waze app kan je informatie over verkeer invoeren, maar ook informatie over de publieke ruimte, en over incidenten. Een onderzoek heeft aangetoond dat in sommige steden, de Waze app in ongeveer twee-derde van de gevallen sneller is met het rapporteren van ongelukken dan 911. Het tijdsverschil – 4 minuten – lijkt weinig, maar als elke seconde telt kan dat net het verschil maken.

Zo’n soort community gedreven app, waarin allerlei gebruikers zelf informatie kunnen toevoegen aan de publieke informatie over infrastructuur en andere faciliteiten, zou ook heel geschikt kunnen zijn voor bijvoorbeeld de binnenvaart, of het professionele goederenvervoer in Nederland. Maar hier stuiten we op de limieten van wat Google en Waze belangrijk vinden. Het gaat hun om het genereren van traffic op de apps, en een community van enkele duizenden of tienduizenden, professionele, gebruikers is dan helemaal niet interessant. Met andere woorden, als we dit soort voorzieningen zouden willen ontwikkelen moeten we niet bij Google zijn.

Na afloop liepen we nog wat rond op de campus met onze gastheer Stef, die ons nog wat inzicht gaf in de manier waarop Google naar de wereld kijkt. Hij had net een verzoek van een Europees land afgepoeierd om mee te denken over de toekomst van autonoom rijden over tien jaar. Volgens hem is voorspellen verder dan een jaar vooruit klinkklare onzin, en kan je alleen zinnig bezig zijn met dingen voor de komende drie maanden. Met deze focus op de korte termijn sprongen wij weer in de bus naar het vliegveld. Ons vliegtuig zou over drie uur vertrekken!

Blog San Francisco Wrap up

Geef de eerste reactie