RE:Match.D - Digital matchmaking for reverse logistics in regional infrastructure ecosystems

De Nederlandse infrasector verbruikt enorme hoeveelheden primaire grondstoffen en veroorzaakt
aanzienlijke CO₂- en NOₓ-uitstoot. Veel onderdelen die bij sloop/renovaties vrijkomen, zijn nog
herbruikbaar, maar gaan momenteel verloren of worden laagwaardig verwerkt door problemen met
timing, informatie en coördinatie. Daarom stelt ons brede consortium – bestaande uit 22 organisaties
– voor om herbruikbare infrastructuurcomponenten digitaal opnieuw te matchen. Ons project
RE:Match.D beschouwt de gebouwde omgeving als een urban mine en ontwikkelt een
geïntegreerde, digitale aanpak om “donorprojecten” te verbinden met “doelprojecten”, ondersteund
door regionale hubs. Het project draagt direct bij aan de prioriteiten van de Topsector Logistiek
(TSL): duurzaamheid & circulariteit, datagedreven logistiek/digitaal ondernemen en ketenregie, met
een specifieke aansluiting op de toepassingsgebieden mobiele werktuigen en bouwlogistiek. Door
hoogwaardig hergebruik en slimmere bouwlogistiek te faciliteren, leveren wij een bijdrage aan de
TSL-doelstellingen voor 2030 op het gebied van materiaalreductie en emissievrije bouwlogistiek.
Projectdoel: het ontwikkelen van een digitale matchmakingmethodiek, die semantische
materiaaldata, design-for-circularity en hublogistiek combineert, om hoogwaardig hergebruik in
regionale infrastructuurecosystemen op te schalen (focus op Twente; validatie in Brabant).
Activiteiten / werkpakketten:
Het project omvat zes werkpakketten. WP1 – Ecosysteemvoorwaarden & living labs. Opzetten van
living labs met gemeenten en bedrijven in Twente (primair) en Brabant (validatie). In kaart brengen
van het huidige hergebruikslandschap en ontwikkelen van een Reuse Maturity Scan om interventies
te sturen en voortgang te monitoren. WP2 – Donors (herbruikbaarheidstoetsing). Ontwikkelen van
een hergebruikbeoordelingsmethodiek die een semantisch model (gestandaardiseerde
beschrijvingen van componenten, staat, verbindingen, afmetingen) koppelt aan een
traceerbaarheidskader voor het plannen en verifiëren van retourstromen. WP3 – Targets (uniform
ontwerp & inkoop). Co-creëren van een Design-for-Circularity (DfC)-raamwerk en een Uniforme
Ontwerpmethodiek met een grondstofgericht ontwerptool en aanbestedingsrichtlijnen, zodat
publieke opdrachtgevers en ontwerpers hergebruikte elementen systematisch kunnen specificeren,
selecteren en integreren. WP4 – Hubs (regionale matching & digitale infrastructuur).
Onderzoeken van businessmodellen en ontwerpen van een prototype voorraadbeheersysteem
voor regionale circulaire hubs; simuleren van alternatieve hubnetwerken en koppeling met externe
marktplaatsen (zoals DuSpot) voor vraag-aanbodmatching. WP5 – Projectmanagement.
Coördinatie, risicobeheer, financiën en rapportage. WP6 – Disseminatie & valorisatie. Ontwikkelen
van een opschalingsroutekaart, professionele/wetenschappelijke publicaties, trainingen, open
handleidingen en stakeholder-evenementen.
Verwachte resultaten zijn onder meer: bruikbare tools (Reuse Maturity Scan voor gemeenten,
semantisch model & traceerbaarheidskader, DfC-raamwerk, grondstofgericht ontwerptool,
prototype hubvoorraadsysteem met interoperabiliteit naar bestaande platforms, en een
implementatiehandboek voor regionale uitrol); demonstrators (living labs in meerdere gemeentelijke
projecten in Twente, validatie in Brabant); impact: hogere percentages hoogwaardig hergebruik,
minder transportbewegingen en meetbare CO₂- en NOₓ-reducties door materiaalproductie en
logistiek. De aanpak versterkt ketenregie en ondersteunt de TSL-doelstellingen voor duurzame,
datagedreven logistiek en waardetoevoeging in ketenbeheersing.
Innovativiteit: End-to-end-integratie van donor–hub–doel-processen (informatie + materiaal), in

• 8 -
  plaats van geïsoleerde pilots. Semantische onderbouwing voor hergebruikbeslissingen in de
  infrastructuur, ontworpen voor toekomstige traceerbaarheid en digitale businessmodellen. Voor
  toekomstig organiseren: circulaire ontwerprichtlijnen en aanbestedingssjablonen maken hergebruikte
  materialen tot de standaardoptie. Digitaal-fysieke koppeling: prototype voorraadbeheersysteem
  (WMS) voor hubs, verbonden met regionale marktplaatsen om het klassieke probleem van “het juiste
  onderdeel, op het juiste moment, op de juiste plaats” op te lossen.
  Valorisatie- & implementatiestrategie:
  • Living labs eerst, daarna opschalen: pilots in Twente leveren geteste methoden en tools;
  Brabant valideert overdraagbaarheid; resultaten verpakt in een opschalingsroutekaart.
  • Verankering in de publieke sector: methoden ingebed in gemeentelijke inkoop,
  ontwerpeisen en assetmanagement, in lijn met nationaal circulair-economiebeleid en de
  bouwlogistieke agenda van de TSL.
  • Ecosysteemontwikkeling: Pioneering orkestreert regionale betrokkenheid; partners
  (gemeenten, aannemers, softwarebedrijven) ontwikkelen en adopteren gezamenlijk.
  • Open, bruikbare output: praktische richtlijnen, checklists, dataschema’s (semantisch
  model), aanbestedingssjablonen en een hubvoorraadprototype voor plug-and-play-adoptie in
  andere regio’s.