NWO project: Supply Chain Control and Compliance (SAtIN)
Betrouwbare data voor de Douane
Internationale handel en logistiek zijn belangrijke economische activiteiten voor Nederland. Als we concurrerend willen blijven dan moeten de grote stromen goederen die ons land passeren veilig, snel en efficiënt worden afgehandeld door de Douane. Bedrijfsleven en Douane werken daar al jaren nauw aan samen en hebben inmiddels een grote operationele kennis opgebouwd.
In het SAtIN project wordt deze ‘operationele kennis’ verder wetenschappelijk uitgediept en onderbouwd met IT en Supply Chain Risk Managementmethodes om de zeer complexe internationale supply chains goed te kunnen regisseren, te monitoren en te controleren op risico’s en veiligheid.
Nederland is ‘the gateway to Europe’. Het is belangrijk dat goederenstromen snel en efficiënt kunnen worden in- en uitgevoerd. De overheid onderkent dat en dat betekent dat de Nederlandse Douane tot een van de snelste en modernste ter wereld behoort en samenwerkt met het bedrijfsleven om supply chains soepel te laten werken. Internationale supply chains worden echter steeds langer en complexer en daarmee gevoeliger voor risico’s. Dan gaat het niet alleen om externe factoren als brand of een aardbeving, maar ook om de processen in de keten zelf. Maar hoe houd je controle op alle schakels die onderdeel uitmaken van je keten? Al die partijen in verschillende landen met verschillende wetgeving?
Het onderzoeksproject SAtIN levert daar een bijdrage aan. Het wil de operationele kennis van bedrijven en Douane uitbouwen tot een gecontroleerd en transparant systeem van risicoanalyse voor complexe internationale ketens.
Tan: “Op welke plaatsen treden douanerisico’s op, wanneer is cross checking nodig, waarbij je kijkt of de aangeleverde data kloppen, dat weten de bedrijven vaak zelf het beste.”
Bij de keuze of een container fysiek geïnspecteerd moet worden, baseert de Nederlandse Douane zich op de beschikbare data in de import- of exportaangifte. Maar doordat er (vooral) bij internationale transporten veel verschillende partijen betrokken zijn, zijn de data niet altijd even betrouwbaar. Dat kan voor de Douane een reden zijn om de container te inspecteren. Dat leidt tot vertraging en extra kosten die op kunnen lopen van € 600 tot € 1000 per container.
Zo onderzoekt het project de mogelijkheden voor het ontwikkelen van een ‘information infrastructure’, de zogenaamde Data Pijplijn, voor een betrouwbare data-uitwisseling tussen partijen in internationale ketens om tot een ‘secure trade lane ’te komen waarmee goederen snel en veilig (papierloos) de grenzen van ons land kunnen passeren. Dit Data Pijplijn concept is ontwikkeld in verschillende EU onderzoeksprojecten (CORE, CASSANDRA, INTEGRITY, ITAIDE)
Zowel de Technische Universiteit Delft als de Technische Universiteit Eindhoven zijn bij het project betrokken. Vanuit het bedrijfsleven nemen onder meer ASML en Seacon Logistics deel en ook de Douane zelf is een belangrijke partner.
Projectleider Prof. Yao-Hua Tan: “In internationale supply chains zijn de data die de Douane binnenkrijgt niet altijd accuraat. Als de Douane het idee heeft dat er iets niet klopt in de aangifte, dan moet ze de container fysiek inspecteren.” De onderzoekers bekijken de mogelijkheden om de informatie van alle partijen te bundelen. Van (bijvoorbeeld de Chinese) producent of exporteur tot en met de logistiek dienstverleners en importeurs hier of elders in Europa.
Via een cloud-oplossing (‘the internet of things’) wisselen alle betrokken partijen data over de goederen uit en de Douane kan direct naar de data. Ook kunnen voor risicoanalyse de data van de bron (bijvoorbeeld van de exporteur) vergeleken worden met de data van andere betrokkenen (bijvoorbeeld de importaangifte).
ASML is bij het project betrokken omdat de chipproducent volgens Tan in Nederland het verst is met horizontaal toezicht en audit controles voor douanezaken. Seacon Logistics geeft de onderzoekers inzicht in het logistiek proces. “Op welke plaatsen treden douanerisico’s op, wanneer is cross checking nodig, waarbij je kijkt of de aangeleverde data kloppen, dat weten de bedrijven vaak zelf het beste.” Het Centrum voor Wiskunde en Informatica zorgt er als partner voor dat de brondata op de juiste manier geanalyseerd worden. Ieder bedrijf gebruikt eigen IT en data standaarden, terwijl de douane pas kan vergelijken als deze standaarden gelijk getrokken zijn. Dat voorkomt dat er appels met peren vergeleken worden.
Bedrijfsleven en douane hebben in Europa de laatste jaren al de veiligheid bij individuele bedrijven verbeterd via AEO-certificering, maar een data pijplijn verbreedt het horizontaal toezicht over alle partijen in de hele keten, aldus de onderzoekers. Zo kan het toezicht ook toepasbaar gemaakt worden voor bedrijven buiten Europa.
Supply Chain Control and Compliance (SAtIN) is een project uit het NWO programma ISCOM waarin NWO, Dinalog en TNO in opdracht van de Topsector Logistiek en de Ministeries van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken samen met bedrijfsleven en wetenschap werken aan innovatie in de logistieke sector.